Overslaan en naar de inhoud gaan
Artikel

Wat een Iron Man leert over verandering

Een beetje opportunisme is mij niet vreemd. Ik kan slecht stilzitten en ik vind het leuk om mijn grenzen te verkennen. Maar een volledige triatlon - bestaande uit 3,8km zwemmen, 180km fietsen en tot slot het rennen van een marathon - was ook voor mij tot voor kort een krankzinnig idee. Toch heb ik op 1 juni de Iron Man triatlon in Hamburg voltooid. Naast een fysieke uitputtingsslag van ruim 12 uur was de Iron Man ook een persoonlijke ontdekkingstocht. Zo realiseerde ik me dat er veel overeenkomsten zijn tussen de triatlon en de verandervraagstukken die ik in mijn werk tegenkom. Hieronder mijn zes belangrijkste inzichten. En voor wie benieuwd is, nog gevolgd door een kort verslag van de dag.

1. Pak het momentum

Een complexe verandering is alleen mogelijk met de juiste randvoorwaarden: draagvlak bij de belangrijkste stakeholders, voldoende middelen en een stabiele context. De momenten waarop alle randvoorwaarden aanwezig zijn, zijn schaars.

Het plan om een Iron Man te gaan doen ontstond begin 2024. Ik had eerder al een keer een halve triathlon en een hele marathon voltooid. Juist daardoor besefte ik hoe groot deze uitdaging was. Ik vond het gaaf om een keer toe te werken naar een zogenaamd Big Hairy Audicious Goal (BHAG). De laatste jaren groeit bij mij het besef dat het niet vanzelfsprekend is dat je na je 40e fit genoeg blijft om dit soort uitdagingen aan te gaan. Ik heb een baan waarin ik mijn eigen agenda bepaal. Nu mijn jongste zoon naar school ging kreeg ik meer ruimte. Dus als ik het nu niet doe, wanneer dan wel? En het toeval hielp mee. Door de revalidatie van een gebroken schouder kreeg ik plezier in zwemmen en door corona ben ik langere afstanden gaan rennen.

2. Failing to prepare is preparing to fail

Een succesvolle organisatieverandering vereist grondige voorbereiding: analyse van de huidige situatie, duidelijke doelen, betrokkenheid van stakeholders en een goed doordacht plan.

De voorbereiding was misschien wel zwaarder dan de racedag zelf. Ik werd de laatste 6 maanden geleefd door een trainingsschema met 6 trainingsdagen en 10 uur sporten per week. Dat was vaak heerlijk, en soms niet. Bijvoorbeeld voorafgaand aan de Halve van Egmond, waar ik bij het inlopen al kramp had. Of als ik in de wintermaanden voor de zoveelste keer met ijskoude tenen op de fiets zat. Na de City-Pier-City, waar ik na een halve marathon op hoog tempo nog 10 kilometer moest terugrennen naar huis. Of tijdens de ‘Hell Week’, mijn zelfbedachte trainingsweek met dagelijks een loodzwaar programma. Maar de goede training hielp wel om tijdens de Iron Man het moment waarop het zwaar werd zo lang mogelijk uit te stellen. Tijdens de trainingen heb ik geoefend met alle voeding die nodig is om de verbranding van circa 10.000 calorieën tijdens de Iron Man te compenseren. Daardoor wist ik hoe ik reageerde op verschillende gelletjes en welke energierepen ik wel en niet kon openscheuren op de fiets. 

3. Doseer je energie

Verandering kost tijd. Vier tussentijdse successen en blijf gefocust op het einddoel. Teams hebben rustmomenten nodig om burn-out te voorkomen. 

Voldoende tijd vrijmaken voor de trainingen is een uitdaging. Maar als je daar eenmaal aan gewend bent is het een nóg grotere uitdaging om ook regelmatig rust te nemen. Sporten is verslavend en bij een triatlon ligt het risico op overtraining op de loer. Voor mij was het belangrijkste doel om te finishen en dat begint met niet geblesseerd raken. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want alleen maar trainen op een sukkeldrafje is saai, iedere sporter wil zichzelf af en toe uitdagen. En wat geldt voor de voorbereiding geldt ook voor de triatlon zelf: de grootste uitdaging is om te doseren, je niet te laten meevoeren in een adrenalinerush en je energie goed te verdelen over de drie onderdelen. Ik heb in de voorbereiding tussendoelen ingebouwd om de energie vast te houden. En om te toetsen of dit wel een goed idee was. In de zomer van 2024 heb ik eerst een halve triatlon gedaan en in het najaar de marathon van Amsterdam gelopen. Pas toen dat allebei redelijk volgens plan was verlopen schreef ik me in voor de Iron Man in Hamburg. 

4. Omgaan met weerstand en tegenvallers 

Teams en leiders moeten omgaan met weerstand, onzekerheid en tegenslagen. Mentale veerkracht, vertrouwen en doorzettingsvermogen zijn essentieel.

Ik ben een matig getalenteerd wielrenner en hardloper en een ronduit slechte zwemmer. Ik raak kilo’s moeilijk kwijt en had zelfs met 10 uur per week sporten nog licht overgewicht. Ik durf te stellen dat als ík fysiek in staat ben een Iron Man te voltooien, meer dan de helft van de wereldbevolking dat kan. Mijn inzicht is dat het niet zoveel uitmaakt hoe hard je kunt zwemmen, fietsen of hardlopen. Het is van belang hoe lang je het kunt volhouden. Ook ik had tegenvallers in de voorbereiding en tijdens de race. Niemand plant vooraf om een Iron Man in schoolslag te doen. En ik moest mijn plan tijdens het hardlopen bijstellen. Uiteindelijk rende ik atleten voorbij die overduidelijk beter getraind waren dan ik. De uitdaging in extreme duursporten is niet geblesseerd te raken en niet op te geven. Op 35 kilometer in een marathon heeft iedereen pijn, de vraag is hoe je met die pijn om gaat. Achteraf bleek de Iron Man een nieuwe dimensie van uitputting. De spierpijn viel mee. Maar ik heb me dagen helemaal leeg gevoeld en meer dan twee weken elke ochtend moeite gehad om uit bed te komen.

5. Focus en commitment

Organisatieverandering kost tijd en energie en gaat onvermijdelijk ten koste van andere prioriteiten. Zonder de noodzakelijke focus stranden projecten halverwege of bereiken niet het gehoopte resultaat.

Succes heeft een prijs. Na 32 jaar ben ik een seizoen gestopt met hockey om mijn triatlon-droom te verwezenlijken. Mijn commitment naar het hockeyteam weerhield mij er eerder van om serieus te trainen voor dit soort evenementen. Ik heb de afgelopen maanden af en toe geworsteld met de combinatie van het zware trainingsschema en mijn verantwoordelijkheden als directeur, collega, echtgenoot, vader, zoon en vriend. Hiervoor sportte ik ook vaak, maar dat organiseerde ik om mijn leven heen, nu werd het andersom. Een factor die ik onderschat heb is dat ik los van mijn fysieke afwezigheid in de trainingsuren ook af en toe mentaal afwezig was. Of simpelweg vermoeid van een zware training. Ik ga al maanden op tijd naar bed, dat heeft onvermijdelijk invloed op je sociale leven. 

6. Naast elke Iron Man staat een Iron Lady

Organisatieverandering is een groepsproces. Betrek medewerkers, geef eigenaarschap, zorg voor steun vanuit leiderschap en benut externe expertise.

Tijdens de Iron Man hielp de aanwezigheid van mijn familie langs de kant om vol te houden. En het was hartverwarmend hoe vrienden meeleefden gedurende de dag. De voorbereiding was echter een van de meest eenzame dingen die ik ooit heb gedaan. Dat was gedeeltelijk mijn eigen keuze: ik had ook lid kunnen worden van een triatlonvereniging, maar ik koos voor maximale flexibiliteit. Toch had ik dit nooit alleen kunnen doen. Ik heb qua voeding, materiaal en schema’s veel afgekeken van andere sporters in mijn omgeving. Op een aantal momenten had ik de expertise van mijn fysiotherapeut keihard nodig. En last but not least heb ik deze periode vaak geleund op mijn vrouw als ik weer eens de deur uit was. 

En hoe het was?

1 juni 2025. De dag begint in spanning. Vanwege een flinke onweersbui wordt de start tot nader order uitgesteld. Ik zie dat er nog meer slecht weer is voorspeld en ben bang dat de race wordt afgelast of ingekort. Uiteindelijk krijgen alle deelnemers om 5:45 het verlossende bericht dat we naar de wisselzone mogen komen. Het zwemmen gaat goed, in schoolslag kan ik een grote groep trage borstcrawlers prima bijhouden en zelfs gestaag inhalen. Mijn keuze voor de schoolslag tijdens een Iron Man is ongebruikelijk en geboren uit noodzaak. Ik heb de borstcrawl als kind nooit geleerd en zelfs na een borstcrawlcursus vorig jaar haalde ik nog steeds niet de andere kant van het zwembad. Na 3 kilometer voel ik de vermoeidheid in mijn lichaam trekken, maar de finish is in zicht. Mijn slechtste onderdeel zit erop! 

Ik neem in de eerste wissel rustig de tijd om bij te komen en stap op mijn tijdritfiets. Met een flinke vaart race ik de eerste 20 kilometer langs alle hoogtepunten van Hamburg en haal ik veel deelnemers in. Fietsen is mijn sterkste onderdeel en ik voel me goed. Op de dijk buiten Hamburg zie ik Spanjaarden en Indiërs worstelen met de wind, maar als polderstoemper ben ik in mijn element. In de tweede ronde van 90km moet ik noodgedwongen mijn tempo wat laten zakken om meer te kunnen eten. Ik kom in een groepje van gelijkwaardige fietsers terecht die elkaar om en om inhalen. De lighouding op de tijdritfiets is het laatste stuk ondanks alle training oncomfortabel; er zal een reden zijn dat een tijdrit in de Tour de France maximaal 60 kilometer is. Op elk viaduct neemt de verzuring toe, maar na een flinke hoosbui is het langste onderdeel klaar en kom ik opnieuw in de wisselzone. 

Ik verwissel mijn doorweekte fietsschoenen voor hardloopschoenen. Wat een geluk dat ik een tweede paar sokken heb meegenomen! Ik ren het parcours op, geef mijn vrouw en zoontjes een kus en begin aan de marathon. Dat het een marathon is probeer ik te vergeten. Het zijn vier rondjes van 10,5 kilometer en ik ben alleen maar bezig met het afmaken van elk rondje. De eerste ronde voelt goed, ik heb een lekker tempo gevonden en er hangt een mooie sfeer langs het parcours. Maar misschien ben ik toch te hard gestart, want ik moet mijn plan na 12 kilometer wijzigen. Ik ben helemaal leeg, dit kan ik niet volhouden. Ik maak er korte etappes van waarbij ik even wandel in de voedingsposten die elke 3km langs het parcours staan. Tot mijn verbazing haal ik op deze manier best veel andere deelnemers in. Het is een slagveld met getrainde atleten die nauwelijks meer hun ene been voor het andere kunnen zetten. Mijn ervaring met drie eerdere marathons helpen in deze mentale strijd. Ik kijk elke ronde uit naar de plek waar mijn familie staat. Mijn tempo is traag maar stabiel. Voedingspost voor voedingspost, rondje voor rondje kom ik dichter bij mijn einddoel. Mijn moeder is inmiddels uitgeput op een terras gaan zitten, zelfs supporter zijn van een Iron Man is zwaar. Met de finishstraat in zicht kan het niet meer mis gaan. Mijn zoontje rent mee aan de andere kant van het hek. Ik heb dit moment talloze malen gevisualiseerd, ik heb bedacht wat ik zou doen of hoe euforisch ik me zou voelen als ik over de finish kom, maar ik ben helemaal kapot, ik wijs naar mijn vader in de hemel en ik zak uitgeput over een hek.

Auteur

Afbeelding
Boris Gooskens
Boris Gooskens
Meer weten?

Heb je interesse in mijn artikel Wat een Iron Man leert over verandering of gerelateerde thema’s? Ik denk graag met je mee. Stuur mij een bericht!

1